Toen ik nog jonger was als nu viste mijn broer en ik achter de molen in Beesd. Mijn broer was en is nogal handig en bij gebrek aan een fatsoenlijk vis haakje boog hij de naai naalden gepikt uit moeders naaidoos om tot een accepttabel werkend vishaakje.
Met wat strakke en rechte bamboelatjes en een eerder verkregen nylon lijntje konden we een redelijk voorntje en bliekje verlijden om in ons pluimpje witbrood te happen.
Ze werden natuurlijk mee genomen naar huis en via een pan met hete olie was er weer een avondmaaltje geregeld voor de familie.
Voor wie er last had van de graten bakte mijn vader ze extra hard dan werden de graatjes gewoon chips die toen nog eigenlijk nog niet bestonden. Mooie tijd toen.
We stonden dicht bij de natuur waar wij eigenlijk onderdeel van zijn. Dat loop nu aardig uit de hand wij denken het beter te weten. Daar komen we nog wel achter en dan weten we gelijk weer hoe klein en nietig we zijn.
Gewoon Dirk